Laura, geboren in 1310, is 6 jaar jonger dan Petrarca als hij haar voor het eerst ziet. Hij ontmoet Laura in de kerk van de Heilige Clara te Avignon. Zij wordt de geliefde van Petrarca en onderwerp van zijn liefdesgedichten, geschreven over een periode van 21 jaar. De meeste van deze gedichten zijn terug te vinden in zijn Canzoniere of Rime. Van oudsher is Laura geïdentificeerd als Laura de Noves van Avignon (Frankrijk), een getrouwde vrouw en moeder, maar omdat Petrarca geen enkele duidelijkheid heeft geschapen omtrent deze vrouw zijn er een aantal Laura's die mogelijk zijn liefde waren. Sommige critici geloven zelfs dat er helemaal geen Laura bestond. Petrarca zou haar voor het eerst ontmoet hebben op goede vrijdag 6 april 1327. In zijn gedachten lijkt Laura hem enigszins aan te moedigen, maar zijn liefde voor haar zal een levenslange obsessie worden, zelfs na haar dood op 6 april 1348. | ![]() |
Petrarca schreef meer dan 300 Italiaanse sonnetten voor Laura, zowel korte rijmen als lange gedcichten. Deze gedichten, die in zijn Canzoniere zijn gevoegd, zijn op te splitsen in "Rime in vita Laura" (263 gedichten) en "Rime in morte Laura" (103 gedichten). Zijn gedichten onthalen ons op een diversiteit aan stemmingen en onderwerpen maar voornamelijk op de intense psychologische reacties jegens zijn geliefde.
Veel van zijn vergelijkingen, zoals branden als vuur en bevriezen als ijs, mooi weergegeven in het Sonnet beginnende met: “I find no peace, and all my war is done,” zijn later regelmatig herhaald door de dichters van het Elizabethaanse Engeland en nog later werden het poëtische clichés. Sommige van de gedichten tonen de eenvoudige, menselijke wens om bij haar te zijn en om vriendelijk behandeld te worden. Na Laura's dood gingen Petrarca's gedichten door op dezelfde thema's, zijn zorgen uitsprekend en omschrijvend hoe zij in zijn dromen weer bij hem kwam.
Eerdere Italiaanse dichters hebben schitterende gedichten die hun liefde voor een bepaalde vrouw omschreven, maar het waren Petrarca's gedichten die een hele generatie vertalers en imitatoren in Europa en vooral Engeland naar een hoger vlak tilden, waar zijn sonnetten het grote voorbeeld werden van onder andere Sir Philip Sidney, Edmund Spenser, Michael Drayton, en William Shakespeare.
Laura zou getrouwd zijn met de Hertog van Sade, voorouder van Markies Donatien Alphonse François de Sade. Ondanks het feit dat eerder is gesteld dat men niet weet wie Laura is geweest ben ik deze mededeling meerdere malen tegengekomen.
Het bestaan van Laura is geen vraag of simpele
theorie meer. Diverse onderzoeken in verschillende
plaatsen, zoals Milaan, Lyon en Avingon hebben ons geleerd dat zij inderdaad
geen fictieve vrouw was maar één van vlees en bloed. Laura is geboren in 1310,
in Avignon, dochter van de ridder Audibert de Noves, vrouw van Hugues II de Sade
(zoon van Paul), wat bevestigd is door het trouwcontract, getekend door Raymond
Fogasse op 16 januari 1325. Dit trouwcontract bevatte alle karakteristieken
waardoor men ervan overtuigd is dat het hier werkelijk gaat om Laura.
Bij het bestuderen van door Petrarca's handgeschreven aantekenen (een handschrift lastiger dan hiërogliefen), in zijn kopie van "Virgil", tegenwoordig opgeslagen in Milaan, is de volgende tekst ontdekt. Omdat vertalen hier alleen maar onrecht aan zal doen hier de engelse vertaling zoals ik hem vond:
"LAURA, illustrated by her virtues and well-celebrated in my verse, appeared to me for the first time during my youth in 1327, on April 6, in the Church of Saint Claire in Avignon, in the first hour of the day; and in the same city, in the same month, on the same sixth day at the same first hour in the year of 1348, the light itself lost its sparkling beauty, at which time I was in Verona, unaware, alas, of my misfortune. The so beautiful and so chaste body of LAURA was buried in the convent of the "freres mineurs" the same day in the evening."
De
oorzaak van Laura's dood is nooit onweerlegbaar bewezen. Veel geschiedkundigen
geloven dat ze is overleden aan de pest, de plaag die datzelfde jaar in Avignon
zijn gruwelijke pieken bereikte. Echter niemand van degenen die bij haar dood
aanwezig was beschrijft de schrikwekkende symptomen van deze zwarte dood. Er
zijn ook mensen die aannemen dat ze is overleden aan "cinsumption",
als gevolg van longtuberculose na 11 uitputtende bevallingen. Ze overleed op 38
jarige leeftijd.
Als vrouw van Hugues was het niet meer dan logisch te veronderstellen dat ze is begraven in de kapel van de Sades, de "Chapelle des Cordeliers" rue des Teinturiers. De lyonse humanist en dichter Maurice SCEVE dacht dat in elk geval wel in 1532 toen hij het grafschrift op de steen met het familiewapen (twee "2 ineengestrengelde lauriertakken langs een kruis en wapenkundige roos." Hij heeft de tombe geopend en ontdekte, in een loden kist, een vrouwenmedaillon én een sonnet, toegeschreven aan Petrarca.